Ben je afgestudeerd of stop je met je studies en ga je werken, dan moet je heel wat administratieve zaken regelen. De meeste nemen niet veel tijd in beslag, maar ze zijn wel erg belangrijk. Zo krijg je een vangnet als je een tijdje werkloos blijft.
Ben je pas afgestudeerd en kan je niet onmiddellijk werk vinden? Of heb je wel iets kunnen vinden, maar kan je slechts deeltijds aan de slag? Dan is het belangrijk dat je je inschrijft als werkzoekende. Doe je dat niet, dan kan je sociale rechten zoals het recht op een werkloosheidsuitkering verliezen.
Inschrijven doe je in een kantoor van de gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling.
• VDAB in het Vlaams Gewest
• ACTIRIS in Brussel
• Le FOREM in Wallonië
• ADG in het Duitstalig landsgedeelte
Je kan de registratie ook online doen.
Met je inschrijving als werkzoekende start je beroepsinschakelingstijd, de vroegere "wachttijd". Hij duurt een jaar. Je hebt dus nog even om een job te vinden. Heb je die in die periode niet gevonden? Dan kan je terugvallen op een inschakelingsuitkering. De voorwaarden ervoor vind je op de website van de RVA.
Hoe sneller je bent ingeschreven bij je dienst voor arbeidsbemiddeling, hoe sneller je beroepsinschakelingstijd start. Studeer je af in juni? Dan start hij ten vroegste op 1 augustus van dat jaar. Je moet dan wel tijdig zijn ingeschreven bij de VDAB of ACTIRIS. Alleen wanneer je tijdens het schooljaar stopt met studeren of als je afstudeert in tweede zit of in februari, start je beroepsinschakelingstijd onmiddellijk vanaf je inschrijving.
Bij de VDAB en ACTIRIS kan je voor veel meer terecht dan enkel voor je inschrijving als werkzoekende. De diensten helpen je ook effectief om een job te vinden. Ze geven je eveneens ondersteuning bij het solliciteren.
Daarnaast bieden ze opleidingen aan zodat je met een getuigschrift naar een potentiële werkgever kan stappen. En ze controleren of je wel degelijk werk zoekt. Als je ingeschreven bent, hou je best een sollicitatiewerkmap bij in je profiel.
Eens je werk hebt gevonden, kan je je uitschrijven. Dan ontvang je geen mailing met nieuwe werkaanbiedingen meer. Maar dat hoef je niet meteen te doen. Na een tijd gebeurt de uitschrijving automatisch.
Je ouders moeten hun eigen werkgever informeren als jij start met werken. Herinner hen daaraan!
Als je studeert, hebben je ouders tot je 25ste verjaardag in principe recht op kinderbijslag. Dat verliezen ze vanaf de eerste dag van de volgende maand nadat je afgestudeerd bent of stopt met studeren. Er bestaan hierop wel uitzonderingen.
Zolang je studeert of in je beroepsinschakelingstijd zit en jonger bent dan 25 jaar ben je via je ouders verzekerd bij het ziekenfonds.
Ben je 25 jaar geworden, werk je of is je beroepsinschakelingstijd om? Dan moet je je zelf aansluiten bij een ziekenfonds of bij de Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering. Je bent dan verzekerd voor de kosten van geneeskundige verzorging en kan je in bepaalde situaties rekenen op uitkeringen. De aansluiting is trouwens verplicht. De verzekering maakt deel uit van de sociale zekerheid.
Op de website van het RIZIV vind je een lijst van de ziekenfondsen in België, waarbij je je kan aansluiten.
Elk ziekenfonds biedt naast zijn wettelijke opdracht ook bijkomende diensten. En die verschillen wel van fonds tot fonds. Het gaat hier om een verzekering die voorziet in de terugbetaling van bijvoorbeeld de sportkampen van je kinderen, de kosten van een dieet, een geboorte- of adoptiepremie …
Voor die aanvullende verzekeringen moet je wel een bijdrage betalen. Het loont de moeite om het aanbod van de verschillende ziekenfondsen te vergelijken.
In Vlaanderen betaal je bovenop de verplichte verzekering van het ziekenfonds ook 53 euro per jaar voor de zorgverzekering. Mensen met een verhoogde tegemoetkoming voor de ziekteverzekering betalen slechts 26 euro.
Met de bijdragen worden tegemoetkomingen aan ernstig en langdurig zorgbehoevenden gefinancierd. Zij krijgen 130 euro per maand.
Elke inwoner van het Vlaamse Gewest ouder dan 25 jaar moet hierop inschrijven. Inwoners van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kunnen er onder bepaalde voorwaarden op inschrijven.
De verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en de verplichte aanvullende verzekering betalen niet alle ziektekosten terug. Daarom sluiten ouders een aanvullende hospitalisatieverzekering af, want een ziekenhuisfactuur kan behoorlijk oplopen.
Sloten je ouders een hospitalisatieverzekering af voor heel hun gezin? Dan kan je bekijken om ze voort te zetten op je eigen naam. Dat moet niet, maar het kan wel voordelig zijn. Een hospitalisatieverzekering is niet verplicht.
Sommige werkgevers bieden hun medewerkers een hospitalisatieverzekering aan als een extra looncomponent. Controleer zeker of die aangeboden hospitalisatieverzekering voldoende garanties en dekking biedt.